Regio vraagt om bijdrage voor verdubbeling N33 en Wunderline

MIDDEN-GRONINGEN - De provincie Groningen, een aantal Groninger gemeenten en het bedrijfsleven hebben zich in een gezamenlijke oproep gericht tot informateur Mariëtte Hamer met het dringende verzoek zich bij de vorming van een nieuw kabinet sterk te maken voor een financiële bijdrage vanuit het Rijk voor twee infrastructurele projecten: de verdubbeling van een deel van de N33 en de Wunderline.

Beide projecten zaten in een ver gevorderd stadium qua besluitvorming, maar zijn nu sterk onder druk komen te staan doordat de provincie grote aanvullende financiële bijdragen heeft moeten doen aan andere Rijksinfrastructuurprojecten, waaronder de aanpak van de zuidelijke ringweg in Groningen. Op dit moment ontbreekt in totaal 78 miljoen euro voor de realisatie van beide projecten. De regio Groningen gaat hierover graag in gesprek met het Rijk om te zoeken naar oplossingen.

Om het sociale en economische perspectief voor heel Groningen te verbeteren, is het belangrijk dat Noordoost-Groningen beter bereikbaar wordt. De N33 is cruciaal voor een goede ontsluiting van de bestaande en nieuwe bedrijvigheid in de haven- en industrieclusters in Delfzijl en de Eemshaven: de enige Nederlandse havens van nationaal belang die niet worden ontsloten met een vierbaansweg. De N33 is enkele jaren geleden vanuit zuidelijke richting verdubbeld tot aan de aansluiting met de A7 bij Zuidbroek, en is verder richting het noorden nog tweebaans.

De Wunderline is de grensoverschrijdende spoorverbinding tussen Groningen en Bremen die een impuls moet geven aan de economische ontwikkeling en de leefbaarheid van de noordelijke grensregio. Het uiteindelijke doel is dat reizigers na 2030 nog comfortabeler zonder overstap tussen Groningen en Bremen kunnen reizen.

De noordelijke regio doet dan ook een dringend beroep op Den Haag om beide Rijksinfrastructuurprojecten perspectief te bieden op financiering met Rijksmiddelen in een nieuw regeerakkoord. ,,Het Rijk neemt hiermee de verantwoordelijkheid die van haar verwacht zou mogen worden, passend bij het feit dat we in Groningen werken aan de toekomst van Nederland.”